Bezorgde leerkrachten
De bevraging toont aan dat vooral jongeren tussen 12 en 16 jaar kwetsbaar zijn. Via sociale media, gaming en gesloten chatgroepen komen ze makkelijk in contact met radicale boodschappen.
Sommige leerkrachten vertellen hoe leerlingen thuis te horen krijgen dat leden van de LGBTQI-gemeenschap ‘niet mogen bestaan’. Een schoolleider getuigt: “Een vader zei me: het bestaat, maar dat mag niet bestaan, het is een ziekte, jullie doen aan mentale verminking door onze kinderen die dingen te tonen”. Het spreekt voor zich dat kinderen deze attitude meepakken naar school en les hierover bemoeilijken.
Jihadisme op kop
Het meest voorkomende extremisme blijft religieus geïnspireerd jihadisme, goed voor zo’n 80% van de dossiers met minderjarigen in de nationale databank. Maar ook rechtsextremisme stijgt, vooral buiten de grootsteden (ongeveer 15%). Daarnaast groeit een derde categorie: online complottheorieën, anti-overheidsdenken en machocultuur waarin vrouwenhaat genormaliseerd wordt.
“Jihadistisch extremisme blijft veruit de meest dominante vorm, maar tegelijk groeit een nieuwe golf van extremisme en online haatcultuur bij jonge jongens waarbij vrouwenrechten geviseerd worden en oerconservatieve waarden worden opgelegd. Tussen die uitersten zie je één rode draad: verachting voor gelijkwaardigheid van meisjes, haat tegen andersdenkenden en afkeer van onze open samenleving. Dat mogen we nooit normaal gaan vinden”, zegt Demir.
Vlaamse maatregelen
“Leerkrachten zijn geen speurders of therapeuten. Ze willen lesgeven. Ze weten wanneer er iets niet klopt, maar vandaag gebeurt er te vaak niets met meldingen, en wordt sfeer in de klas grondig verpest. Leerkrachten getuigen zelfs dat ze onderwerpen vermijden. We mogen nooit aanvaarden dat om het even welke vorm van extremisme gaat dicteren wat een leerkracht wel of niet mag zeggen”, aldus Demir. “We kijken niet weg, we gaan het aanpakken en het gezag terugbrengen waar het hoort: bij de leerkracht.”
1. Eén aanspreekpunt voor scholen bij ernstige signalen
Scholen die tekenen van radicalisering bij jongeren opmerken, kunnen voortaan terecht bij één duidelijk aanspreekpunt. Dat brengt meteen de juiste partners samen en werkt met een helder stappenplan:
- De school meldt de bezorgdheid
- het netwerk rond de leerling komt in actie
- de school kan zich blijven richten op haar kerntaak: lesgeven.
In complexe dossiers kunnen scholen direct schakelen met Ceapire of het Netwerk Islamexperten. “Zo staan scholen er niet meer alleen voor”, zegt minister Demir.
2. Praktische ondersteuning voor leerkrachten in de klas
Niet elke jongere die radicaliseert, verdwijnt uit de klas. Daarom investeert Vlaanderen in praktische vormingen voor leerkrachten over hoe je moeilijke gesprekken voert, rust houdt en jongeren leert kritisch denken.
Daarnaast komen er lesmaterialen voor jongeren van 12 tot 16 jaar over mediawijsheid, identiteit en kritisch denken. Ook in de lerarenopleidingen wordt dat verankerd.
“Zo bouwen ze het zelfvertrouwen op dat nodig is om deze essentiële taak op te nemen”, aldus Zuhal Demir.
Een groeiende Europese bezorgdheid
Ook elders in Europa groeit de onrust. In 2024 was bijna 1 op de 3 terreurverdachten in de EU minderjarig of jongvolwassen. Jongeren radicaliseren sneller dan vroeger, vaak volledig online. Vlaamse leerkrachten herkennen dat beeld: leerlingen die extremistische memes delen, online predikers citeren of zich verliezen in complottheorieën.
Volgens het expertenoverleg van het Departement Onderwijs en Vorming met de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG), Ceapire, politie en schooldirecties gaat het vaak om jongeren die erkenning en houvast zoeken, maar in handen vallen van stemmen die hun frustraties voeden.
Demir besluit: “De grens tussen online beïnvloeding, straatcultuur en extremisme is flinterdun. We moeten vroeg ingrijpen, de leerkracht ondersteunen en jongeren weerbaar maken. Alleen zo houden we onze scholen veilig en vrij.”