Het valt op: Zuhal Demir straalt. Zowat elke dag is ze wel met iéts in het nieuws: onderwijsmaatregelen, subsidies die ze afschaft, de vete met Ben Weyts “die er totaal niet is” en vorige week nog de nieuwe eindtermen (excuus: ‘minimumdoelen’) voor het kleuter-en lager onderwijs. En toch bruist ze van energie, ook om 8.30 uur ’s ochtends. Ze zit duidelijk beter in haar vel dan in de vorige legislatuur en slaagt er zelfs in om — ondanks haar dadendrang — de vrede met de onderwijskoepels en de onderwijsvakbonden te bewaren.

U kreeg vorige week zelfs complimenten van de oppositie: Gwendolyn Rutten (Open Vld) was dolenthousiast over het feit dat de geschiedenisles niet meer alleen zal focussen op de Europese kijk van de witte man, maar dat er ook aandacht zal zijn voor bijvoorbeeld slavernij. Zijn de nieuwe minimumdoelen meer woke geworden?

Demir: “Helemaal niet. De geschiedenis van Congo heeft wel plaatsgevonden hé: dat zijn feiten. Onze eigen geschiedenis komt ook uitvoerig aan bod, maar we kijken ook verder dan onze eigen kerktoren. Wij zijn Vlamingen die met een rechte rug en een open blik naar de wereld kijken. Maar je zal in de minimumdoelen niets vinden over genderidentiteit. Elke koepel kan natuurlijk nog leerstof toevoegen voor hun leerlingen: dat is hun grondwettelijk recht en daar kan ik mij zelfs niet mee bemoeien. Ik wil vooral dat de basis er is. In het lager onderwijs zullen ze terug volzinnen leren schrijven, met hoofdletters, komma’s en apostrof. Teksten schrijven met een inleiding, argumenten en een conclusie. Grammatica, zinsontleding, een rijkere woordenschat: het zit er allemaal in.”

De afgelopen jaren werd er vaak gewezen naar ouders die thuis geen Nederlands spreken. Met de nieuwe minimumdoelen lijkt u dat volledig via de school te willen compenseren. Is dat zo?

Demir: “We mogen er inderdaad niet van uitgaan dat elk kind met een gigantische voorkennis de school binnenkomt. Ik kom uit een heel warm nest, maar ik kom ook van ver. Ik had bijvoorbeeld nog nooit gehoord van sprookjes tot ik naar school ging. Maar ouders hebben ook een belangrijke verantwoordelijkheid. Mijn ouders spraken geen Nederlands, maar gingen met ons wel naar de bibliotheek. Mijn vader zei: ‘Als je woordjes niet begrijpt, schrijf ze in een schriftje en vraag het dan aan Luc en Monique’ — onze buren. Of ze zetten ‘Samson en Gert’ op of ‘Tik Tak’.”

Als ik vroeger Turks sprak op de speel­plaats, dan trok de juffrouw aan mijn oren hé! Dan stak ze ons in de hoek! Als dat vandaag zou gebeuren, staat de wokepoli­tie aan de deur.

Denkt u dat u met het onderwijs van vandaag geraakt zou zijn waar u nu staat?

Demir: (denkt na) Ik denk dat dat toch moeilijker zou geweest zijn. Als ik vroeger Turks sprak op de speelplaats, dan trok de juffrouw aan mijn oren hé! (grijpt haar oor vast) Dan stak ze ons in de hoek! De juf was megastreng, maar dat was uit liefde. Als dat vandaag zou gebeuren, staat de wokepolitie aan de deur.”

Er werd de afgelopen jaren altijd gezegd dat de minister van Onderwijs niet echt de baas is, maar vastgeketend zit aan de koepels en de vakbonden. Maar u gaat razendsnel en eigenlijk klinkt er weinig gemor. Hebben ze schrik van u?

Demir: “Maar nee, het heeft geen zin om conflicten op te zoeken, dus ik probeer hen ook te betrekken. Ze weten dat mijn deur altijd openstaat om te zoeken naar oplossingen. Ik wil samen met hen bijvoorbeeld ook het beroep van leerkracht aantrekkelijker maken. Ik hoop dat dit jaar af te ronden, zonder te verzeilen in symbolische discussies zoals de vaste benoeming.”

Vorige week stond u op de cover van ‘Knack’, over ‘de breuk met Ben’. Het botert totaal niet meer tussen jullie, omdat u zich te veel wil afzetten tegen zijn beleid.

Demir: “Maar ik bouw ook verder op Ben zijn beleid. Ben was één van de eerste ministers die zei dat het systeem in een crisis zat. Die Vlaamse toetsen: goed dat die er zijn. Hoe zou ik anders die minimumdoelen kunnen toetsen? En ja, ik leg andere accenten, maar dat is toch geen ramp?”

U heeft toch weinig schroom om zijn paradepaardjes terug te draaien? Denk maar aan de gratis laptops, die u nu afschaft.

Demir: “Maar ik heb die laptops destijds toch mee beslist? Dankzij Ben is er een inhaalbeweging gebeurd op het vlak van digitalisering en gelukkig maar. Het moest toen snel gaan door corona. Het Rekenhof zegt nu dat er meer ingezet moet worden op begeleiding. En er zijn nu studies — die we toen niét hadden — die zeggen: kinderen moeten meer schrijven om hun hersenen te activeren. Ik vind het echt heel ambetant dat men daar een conflict van maakt tussen ons. Dat is er niet.”

Ik ga niet op mijn eigen diensten besparen om de federale knoeiboel op te lossen

U was toch boos omdat niet u, maar Weyts opnieuw viceminister-president werd?

Demir: “Helemaal niet. Dat wordt altijd gezegd, maar ik wou heel graag onderwijs doen om impact te hebben. Ik kan niet alles doen, hé. Ik focus op mijn bevoegdheden — die al zwaar genoeg zijn — en moei mij niet met de regeringsdossiers. (zwaait met haar armen) Doe maar jongens! Dat is een verandering tegenover de vorige legislatuur ja. (glimlacht) Maar die focus is goed. Ik wil ook nog een privéleven.”

Over één van uw andere bevoegdheden dan: justitie. U kondigde aan dat u vanuit Vlaanderen 4.000 criminelen die nu vrij rondlopen een enkelband zou willen geven. Tegen de zomer kon u daarmee beginnen. Gaat dat lukken?

Demir: (verduidelijkt) Omdat er door de overvolle federale gevangenissen intussen al 4.000 criminelen vrij rondlopen, heb ik vanuit Vlaanderen aangeboden om die tenminste onder elektronisch toezicht te zetten. Ik heb daar toen eisen aan verbonden, maar ik hoor dat minister Verlinden (federaal CD&V-minister van Justitie, red.) niet erg gehaast is om dat elektronisch toezicht te pre financieren en die financiering zelfs in vraag stelt. Sorry, maar dan wordt het moeilijk om dat rond te krijgen. Ik ga niet op mijn eigen diensten besparen om de federale knoeiboel op te lossen. Men leunt op de deelstaten, maar ze moeten ook zélf met concrete crisisacties komen om die overbevolking aan te pakken.”

Hoezo, leunen? Verlinden heeft toch al gezegd hoe ze dat wil aanpakken?

Demir: “En heeft u al actie gezien? Veel ministers hebben een plan, maar nu moet er écht actie komen. (blaast) Ik lees vooral dat Verlinden heel veel op alternatieve straffen wil inzetten. Eerst waren er meer enkelbanden nodig, nu meer alternatieve straffen. Maar Vlaanderen geeft al vier keer meer alternatieve straffen dan er gevangenisstraffen zijn. Dat is dubbel zoveel als in Noorwegen en Nederland! Maar een alternatieve straf is geen lapmiddel om de overbevolking in de gevangenissen aan te pakken. Een enkelband moet ge ook niet aan iedereen geven — en zeker niet aan zij die hem al drie keer hebben doorgeknipt. Die moeten naar de gevangenis. De Raad van State heeft trouwens gezegd dat een rechter zal beslissen welke veroordeelden wel en niet een enkelband krijgen. Ik heb dat altijd gezegd, maar minister Verlinden vond dat de gevangenisdirecteurs het moesten beslissen.”

Uw partij vond dat toch ook oké? De hele federale regering heeft dat goedgekeurd.

Demir: “Dat klopt, maar de Raad van State vond het duidelijk niet oké. Als Verlinden nu nog eens talmt met prefinanciering, dan hebben we een big problem(fel) We zijn ondertussen al half mei. Als we in juni, juli, augustus willen starten, wil ik daar wel zekerheid over vooraleer ik mijn diensten aanstuur. Die 4.000 man, die wachten op een celstraf, zijn een federale verantwoordelijkheid, geen Vlaamse. Totaal niet. Sommigen zeggen mij dat het zelfs te zot voor woorden is dat ik dit wil doen.”

Als er duizenden criminelen vrij rondlopen onder De Wever als premier, dan straalt dat toch ook af op uw partij? Het is toch logisch dat u vanuit Vlaanderen...

Demir: “Te hulp schiet? Ik heb aangegeven dat ik dat wil doen, maar dan hoop ik dat er in tussentijd extra capaciteit komt. Extra gevangenissen, extra detentiehuizen en forensische psychiatrische centra.”

Onlangs heeft men een geïnter­neer­de voor wie geen plek was in een rusthuis gestoken en die heeft daar drie moorden gepleegd! Hoe geruisloos is dat gepasseerd bij Volksge­zond­heid en Justitie?

U weet ook: dat regel je niet op 1-2-3.

Demir: “Dus moet ge eraan beginnen. Naast de gevangenis van Merksplas ligt een stuk grond en de Regie der Gebouwen heeft nu de opdracht gegeven om dat te koop te zetten. (kijkt onthutst) Dan denk ik: waarom? Ge kunt die plek toch perfect gebruiken voor extra capaciteit? De urgentie moet er zijn.”

Die is er toch? Vindt u echt dat Verlinden dat niet beseft?

Demir: (fijntjes) Ik zou als bevoegd minister dat stuk grond naast mijn gevangenis niet verkopen, op een moment dat ik plaats tekort heb. En dan nog iets waar ik urgentie mis: de geïnterneerden. Ik hoor van mijn justitieassistenten dat zij wijzen op gevaarlijke geïnterneerden die hun voorwaarden niet volgen en vrij rondlopen, maar als zij de alarmbel luiden, gebeurt daar niks mee. Onlangs heeft men een geïnterneerde voor wie geen plek was in een rusthuis gestoken en die heeft daar drie moorden gepleegd! Hoe geruisloos is dat gepasseerd bij Volksgezondheid en Justitie? Daar verschoot ik van. Wij zijn dat precies gewoon: schouders ophalen, wat naar elkaar wijzen en hopen dat het snel overwaait. Extra forensische psychiatrische centra (voor ontoerekeningsvatbare misdadigers, red.) zijn zéér dringend nodig. Conner (Rousseau, partijvoorzitter Vooruit, red.) hamert altijd heel fel op de veiligheid van onze samenleving, en terecht. Maar Frank Vandenbroucke is nu al voor de tweede keer minister van Volksgezondheid. Nu mag het wel gaan gebeuren.”

Als er volgens u niks vooruitgaat, moet u dat dan niet eerder zeggen tegen Bart De Wever?

Demir: “Ik héb dat al gezegd, maar zijn vakministers moeten gewoon het regeerakkoord uitvoeren, vaart maken en niet met allerlei plannen komen. Ik háát dat, een minister die weer eens met een plan komt. Visienota, beleidsnota, beleidsplan — I don’t care! (slaat haar handen in elkaar) Welke maatregelen gaan we nu snel nemen op het terrein?”

Stel: u bent federaal minister van Justitie. Welke maatregel zou u dan als eerste nemen?

Demir: (fijntjes) Ik zou in mijn eerste interviews alleszins niet zeggen dat Vlaanderen nog meer met enkelbanden en alternatieve straffen moet werken. Door de overbevolking en de stakingen in de gevangenissen kan het Vlaams personeel daar niet werken aan de re-integratie van gedetineerden. En dat terwijl de gevangenisvloer een werkvloer moet worden, geen wraakvloer. Er moet genoeg ruimte en gevangenispersoneel zijn.”

Maar dat is net het probleem: die ruimte en dat personeel vinden.

Demir: “Ik weet het! Dus ik zou het slim vinden om daar een crisismanager op te zetten, die daadkrachtig en operationeel kan bezig zijn. Dat begint binnen de muren. Wat loopt hier allemaal mis? Hoe komt dat? Waar kunnen we extra ruimte maken om bijvoorbeeld opleidingen aan te bieden? Er staan overheidsgebouwen leeg. Die minimumdoelen heb ik ook niet zelf gemaakt, hé. Ik heb mensen aangesteld met de boodschap: snel, want we hebben geen tijd. Er is federaal nu extra budget, maar daarmee alleen zal het niet lukken: je moet ook hervormen, anders is het snel op. En ik kan de straffeloosheid niet in mijn eentje oplossen.”