Zogenaamde ‘leegloop’ bedraagt amper zeven procent

Volgens Demir bedraagt de daling in het volwassenenonderwijs niet vijftig procent, maar amper zeven procent. “Als die verhalen zouden kloppen, had ik mijn beslissing misschien herzien. Maar dat is niet zo. Het was misschien niet verstandig van de sector om met horrorverhalen rond onbetaalbaarheid uit te pakken, want dat is onzin. In vergelijking met onze buurlanden zijn de tarieven in Vlaanderen nog altijd veel lager. Voor vreemde talen zelfs vijftig procent goedkoper”, aldus de minister.

Ook het bericht dat voordelige tarieven verdwijnen voor mensen met een laag inkomen, noemt Demir onjuist. Zij wijst erop dat er vandaag 63 verschillende doelgroepen zijn die recht hebben op een sterk verlaagd tarief.

“Volwassenonderwijs is er in de eerste plaats om mensen een tweede kans te geven”

De minister benadrukt dat de hervorming – met prijsstijgingen, maar ook prijsdalingen – net bedoeld is om het volwassenenonderwijs sterker te richten op mensen die een job zoeken of een tweede kans willen grijpen. Uit de cijfers blijkt dat de inschrijvingen in opleidingen naar knelpuntberoepen voorlopig met twaalf procent toenemen. Ook basiseducatie en tweedekansonderwijs groeien, van 56.500 naar 66.600 cursisten, een stijging van bijna achttien procent. Voor Nederlands als tweede taal is er een toename van vier procent.

Volgens Demir bewijst dat dat de juiste focus wordt gelegd. “Het volwassenenonderwijs moet in de eerste plaats kansen bieden om vooruit te geraken. Wie taal of opleiding nodig heeft voor de arbeidsmarkt en geen middelen heeft, die helpen we maximaal – ook via de VDAB trouwens. Wie een taal puur uit interesse wil leren, betaalt wat meer. Maar nog altijd minder dan in de buurlanden”, zegt ze.

De minister besluit dat er geen reden is om de beslissing te herzien: “Ik ben blij met deze hervorming, zowel financieel als inhoudelijk.”