Twee maanden geleden kwam Vlaams minister van Justitie Zuhal Demir met een vereenvoudigingsplan op de proppen voor de omgevingsprocedures. Ze gaf daarbij aan dat ze op korte termijn enkele hervormingen zou doorvoeren om de procedures bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen te vereenvoudigingen. Demir is klaar met dat huiswerk en kreeg van de Vlaamse regering groen licht voor enkele belangrijke decretale ingrepen.

Relativiteitseis voor wie beroep indient

Demir voert een relativiteitseis in. Volgens die eis kan een onwettigheid enkel leiden tot vernietiging indien die de beroeper benadeelt. Tegelijk wordt ook een attentieplicht ingevoerd: de beroepsindiener mag geen argumenten inroepen die hij in eerdere procedures niet inriep. Op die manier wordt van derden verlangd dat zij in een zo vroeg mogelijk stadium hun argumenten kenbaar maken zodat hier nog rekening mee kan worden gehouden bij een vergunningsbeslissing. Tegelijk zorgt dat ervoor dat een projectontwikkelaar de hinder voor omwonenden niet kan inroepen tegen de vergunning van een concurrent met als doel hem stokken in de wielen te steken. Een beroepsindiener moet zich beperken tot zijn dossiers waar zijn eigen belangen geschaad zijn.

Daarnaast maakt Demir de rechter bevoegd om in meer gevallen een einde te stellen aan carrouseldossiers. Dat zijn eindeloze procedures waar vergunningverleners al twee of drie keer de kans kregen een goede motivering op te bouwen, maar daar telkens niet in slaagden.

Minstens 14 dagen sneller starten

Wanneer een beroep ingediend wordt, stuurt de griffie een schrijven naar de indiener met vraag tot betaling van zogenaamde rolrechten en start de behandelingstermijn van het beroep pas na ontvangst van de betaling. Daardoor gaan 14 dagen waardevolle tijd verloren. Demir stapt daarvan af: de rolrechten moeten nu ten laatste betaald zijn bij het indienen van een beroep zodat de procedure 14 dagen sneller van start gaat.

Ook het opstarten van bemiddelingsprocedures wordt vereenvoudigd. Voortaan is er geen tussenarrest meer nodig vooraleer een bemiddelingsprocedure kan worden opgestart.

Rechtsplegingsvergoedingen moeten momenteel niet betaald worden als een schorsingsverzoek wordt afgewezen. Dat is in de meerderheid van de dossiers het geval. Een schorsingsprocedure brengt echter veel kosten met zich. Daarom maakt Demir de rechtsplegingsvergoedingen ook voor schorsingsverzoeken verplicht zodat enkel weloverwogen schorsingsverzoeken ingediend worden en er dus twee keer wordt nagedacht vooraleer een schorsingsverzoek wordt ingediend.

Voor burgers, bedrijven en overheden

“Burgers, bedrijven en overheden zijn meer dan ooit gebaat bij een transparante en laagdrempelige rechtsbescherming waarbij hun bestuurlijke geschillen efficiënt, binnen een redelijke termijn en op een kwalitatief hoogstaande wijze definitief worden beslecht. Met onze vereenvoudigingen en verbeteringen willen we zorgen voor een sterker ondernemersklimaat in Vlaanderen en tegelijk versneld en gemakkelijker grote maatschappelijke investeringsprojecten realiseren”, zegt Demir.

Demir komt op korte termijn ook nog met de introductie van een digitaal loket, een eerste stap in de volledige digitalisering van de Vlaamse bestuurrechtscolleges. Partijen zullen hierdoor digitaal stukken kunnen indienen in plaats van met aangetekende brieven.

In 2021 plant Demir ook nog een hervorming van de aanpak van milieueffectenrapportage en starten extra rechters om de duurtijd van beroepsprocedures bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen verder in te korten.