U bent hier
Vragen bij Crombez' kruistocht
Staatssecretaris John Crombez (SP.A) veegde in De Standaard van 22 november grondig de vloer aan met de Europese commissievoorzitter Barroso 'en consorten'. Volgens Crombez erkennen Barroso en Europees president Van Rompuy in hun speeches wel dat er een probleem is van sociale dumping binnen de EU, maar hebben ze desondanks de Belgische regering in gebreke gesteld voor de anti-misbruikbepalingen die werden aangenomen om detacheringsfraude tegen te gaan.
Wij kaartten eerder ook aan dat er een enorme groei is in het aantal detacheringen vanuit Centraal- en Oost-Europese landen. Het risico op fraude is daarbij hoog en vormt een groot probleem voor onze bedrijven, dus ook voor de tewerkstelling. We zijn blij dat de staatssecretaris daar aandacht voor heeft.
Dat hij zo zwaar uithaalt naar de Europese Unie mag verbazen. Crombez' partij is er als de kippen bij om populisme te verwijten aan wie vraagtekens plaatst bij het door de EU uitgestippelde beleid. Maar EU-liefde van Crombez blijkt nu zelf erg voorwaardelijk. N-VA pleit zelf voor meer eurorealisme en dus begroeten we het als ook Crombez zich in die visie inschrijft.
Toch moet de staatssecretaris er voor opletten weer te hard van stapel te lopen zoals gebeurde bij de zogenaamde Limosa-veroordeling (de verplichte Belgische aangifte voor buitenlandse zelfstandigen). Na twee jaar juridische strijd en een voorspelbare Europese veroordeling moest Crombez toen het geweer van schouder veranderen en in overleg met de Europese instanties de Limosa-wetgeving aanpassen. Daarmee verloren we twee jaar, dankzij Crombez.
De moraal van het verhaal: raadpleeg tijdig de Europese instanties en overleg hoe er internationaal kan worden samengewerkt om grensoverschrijdende fraude aan te pakken. Stoere borstklopperij mag niet in de plaats komen van een proactief beleid.
Laten we zien wat er kan gedaan worden op Europees niveau maar ook, niet te vergeten, welke samenwerking er mogelijk is met buurlanden.
Het aantal Nederlanders werknemers dat over de grens trekt, neemt spectaculair toe. Het verhaal van de sociale dumping kan allerminst verklaren waarom onze bedrijven zo gemakkelijk uit de markt worden geduwd door noorderburen. En waarom blijven de diverse sociale inspectiediensten zo versnipperd in de Belgische sociale zekerheid? Nu lijkt het er sterk op dat Crombez de Europese Unie bekritiseert om de aandacht af te wenden van wat zijn regering zelf nalaat te doen.
Crombez' benadering behelst overigens maar een deel van het plaatje. België liep in het verleden altijd voorop in Europa om de open grenzen en het vrije verkeer te bepleiten. Tegelijkertijd bleef de Belgische overheid in haar loon- en arbeidsbeleid redeneren alsof wij op een afgesloten eiland wonen. De prijs die vele werknemers en werklozen vandaag betalen voor dat stuitende gebrek aan visie, is bijzonder hoog.
Is Crombez' aanval op de Europese Commissie ingegeven door een dieper liggende onvrede over de herhaalde aanbevelingen van diezelfde Commissie over het concurrentieprobleem van België, zoals over de automatische indexering van de lonen en de onbeperkte duurtijd van de werkloosheidsuitkeringen in dit land?
Uiteraard vormt de sociale dumping een probleem maar de loonkostenhandicap met onze buurlanden speelt toch een grotere rol. De structurele oplossing voor onze kleine, open en exportgerichte economie schuilt niet in minder interne marktwerking of in een beperking in het vrij verkeer van werknemers en diensten binnen de EU. Dat soort van protectionistische maatregelen herstelt onze handelsbalans of exportpositie niet, integendeel. Het is wel noodzakelijk dat de overheid ervoor zorgt dat onze bedrijven met gelijke kansen kunnen meedingen op de internationale markten.