Meer handhaving en hogere boetes

De doelstelling om 20 procent minder zwerfvuil te hebben tegen 2022 is verder weg dan ooit. Bovendien is de impact van de coronacrisis nog niet gekend. “Lokale besturen moeten absoluut hun handhaving opdrijven en worden daarom begin 2021 samengeroepen. 100 van de 300 gemeenten die amper tot niet handhaven op zwerfvuil, krijgen geen subsidies meer als ze daar geen verandering in brengen. Ook op Vlaams niveau willen we de handhaving opdrijven door het onder meer voor de gewestelijke handhavers makkelijker te maken om op te treden tegen zwerfvuil en sluikstort. De maximale GAS-boetes wil ik bovendien laten verhogen van 350 naar 500 euro”, aldus de minister. Ook het samenwerkingsproject Mooimakers, in samenwerking met VVSG, moet zich op een sterkere handhaving richten.

Zwerfvuilkosten doorrekenen aan producenten

Demir wijst ook op de verantwoordelijkheid van de verpakkingsproducenten. Het Vlaams regeerakkoord voorzag een stok achter de deur voor producenten als de doelstellingen niet gehaald werden. Gezien de barslechte cijfers gaat de minister het verpakkingsplan vroegtijdig aan een tussentijdse evaluatie onderwerpen en sluit ze niet uit dat ze de stok achter de deur zal gebruiken als er geen beterschap komt. “Voor sigarettenpeuken, snoepwikkels,… zullen maatregelen als statiegeld nooit een oplossing zijn. Daarom zullen we de zwerfvuilkosten ook doorrekenen aan de producenten, ook voor deze afvalstromen”, luidt het.

De 6 opvallendste vaststellingen uit het rapport:

  • De hoeveelheid restafval blijft verder dalen.
    • Van 145,5 kg per inwoner (2018) naar 143,5 kg (2019). Ter vergelijking: in 2013 was het nog 159 kg.
    • De doelstelling in het plan van de Vlaamse regering is 138 kg in 2023. Vlaanderen zit dus op koers richting zijn doelstelling. Enkele belangrijke beleidsmaatregelen moeten bovendien hun effect nog tonen of worden de volgende jaren verder versterkt, zoals de invoering van p+md. de sorteerboodschap voor gft en textiel, selectieve inzameling van matrassen en nog meer visitaties van steden en gemeenten die hun doel niet halen.
    • Er is één belangrijke onzekerheid: de impact van de COVID-crisis op de productie van huishoudelijk afval. Dat effect wordt pas volgend jaar echt zichtbaar en hier wordt een tijdelijke terugval van de goede cijfers verwacht.
    • 132 lokale besturen halen vandaag hun gemeentelijke doelstelling al. 85 zitten op minder dan 10 kg van hun doelstelling. 83 op meer dan 10 kg van hun doelstelling en zullen het wellicht moeilijk krijgen om hun doelstelling te halen. Al deze lokale besturen worden aangemaand een tandje bij te steken en zullen visitaties vanuit Vlaanderen ondergaan om de knelpunten te detecteren.
  • Onze preventiedoelstelling voor 2022 wordt vandaag al gehaald.
    • De plandoelstelling om de totale hoeveelheid huishoudelijk afval te beperken tot 502 kg per inwoner in 2022 wordt vandaag al gehaald met een totaal van 477 kg per inwoner. Dat is weliswaar een lichte stijging tegenover 2018, maar die stijging is toe te schrijven aan selectief ingezamelde stromen die ofwel conjunctuurgebonden (bouwafval) ofwel weersgebonden (groenafval) zijn.
    • Er is één belangrijke onzekerheid: de impact van de COVID-crisis op de productie van huishoudelijk afval. Dat effect wordt pas volgend jaar echt zichtbaar.
  • Bedrijfsrestafval stijgt niet verder.
    • Ondanks de -15 procent doelstelling tegen 2022 steeg het percentage in de periode 2013-2018 met vijf procent. Deze stijging is nu -eindelijk- gestopt.
    • Een code van goede praktijk rond de sorteerverplichtingen (kunststoffen, organisch-biologisch afval, …) moet de trend verder omkeren richting een daling.
  • Inzamel- en Recyclagegraad van ons afval verbetert
    • 69,9 procent van het huishoudelijk afval wordt selectief ingezameld. Daarmee zijn we Europees koploper.
    • 66,7 procent gaat effectief naar een recyclagefaciliteit (asbest, kga, … worden selectief ingezameld met het oog op milieu-hygiëne, niet-recyclage)
    • Rekening houdend met de gekende recyclageverliezen krijgt uiteindelijk 66,1 procent een tweede leven.
    • De doelstelling van het Vlaams regeerakkoord is 77,5 procent recyclage tegen 2030 (op basis van de huidige berekeningsmethode).
    • De Europese Unie komt weldra met een berekeningsmethode, waarover nog onduidelijkheid bestaat.
  • Hergebruikdoelstelling: private tweedehandsmarkt speelt grote rol.
    • De hergebruikdoelstelling in Vlaanderen bedraagt 7 kg per inwoner tegen 2022. Het cijfer stagneert in 2019 op 5,5 kg. Dit is het gewicht goederen dat via de erkende Kringloopcentra passeert.
    • De voorbije jaren werd vastgesteld dat De Kringwinkels steeds meer concurrentie krijgen van de private (vooral online) tweedehandsmarkt. Volgens een recente studie van het steunpunt Circulaire Economie wordt in Vlaanderen naar schatting 34 kg spullen hergebruikt. Een zesde loopt via de erkende kringloopcentra.
  • Zwerfvuil neemt toe. Bijkomende maatregelen zijn nodig.
    • De geschatte totale hoeveelheid zwerfvuil in Vlaanderen in 2019 bedroeg 22.641 ton. Dat is een stijging met 14 procent tegenover 2017, toen de totale hoeveelheid 19.900 ton bedroeg. (In 2015 was dat 20.400 ton).
    • De doelstelling om tegen 2022 20 procent minder zwerfvuil te hebben tegenover 2015 is dus ver af en wellicht niet haalbaar zonder bijkomende maatregelen.
    • De hoeveelheid afval in de straatvuilnisbakken stijgt bovendien nog sterker dan de hoeveelheid zwerfvuil, wat mogelijk wijst op een sterke toename van ‘out-of-home’ consumptie.
    • De hoeveelheid sluikstort stijgt van 22.592 ton in 2015 naar 26.789 ton in 2017 en naar 29.511 ton in 2019.

“Vlaanderen doet het dus op quasi alle vlakken goed in de circulaire economie, maar niet als het gaat om zwerfvuil. De doelstelling om 20 procent minder zwerfvuil te hebben tegen 2022 is verder weg dan ooit. Bovendien is de impact van de coronacrisis nog niet gekend. Daarom blijven we niet bij de pakken zitten en komen er bijkomende maatregelen. Wat mij betreft zijn daarbij geen taboes. Vlaanderen mag niet het mekka van het zwerfvuil worden”, aldus Demir.

Zuhal Demir neemt de volgende bijkomende maatregelen:

1. Handhaving door lokale besturen en Vlaamse handhavers: meer en gericht handhaven met maximumboetes van 500 euro in plaats van 350 euro.

Het belangrijkste aandeel handhaving situeert zich bij de lokale besturen als het gaat over zwerfvuil en sluikstorten. Vlaanderen financiert via Mooimakers en gerichte subsidies trajecten bij lokale besturen om de handhaving te optimaliseren. Via het subsidiebesluit van OVAM kunnen bijvoorbeeld zwerfvuilcamera’s worden aangekocht.. Demir roept begin 2021 ook alle lokale besturen samen en verwacht engagementen voor meer handhaving. Ook de werking rond Mooimakers moet zich meer richten op handhaving. Tijdens de jaarlijkse handhavingsweek zetten lokale besturen al sterk in op handhaving, maar eigenlijk zou dat elke week van het jaar het geval moeten zijn.

Vlaanderen doet alvast zijn deel. Demir wil het alle gewestelijke ambtenaren op het terrein makkelijker maken om op te treden tegen zwerfvuil. Daarnaast wil ze een betere samenwerking tussen alle betrokkenen (parketten, CSA, gewestelijke handhavers) en gaat ze meer opleiding voor lokale toezichthouders voorzien over zowel zachte als harde handhaving.

Demir pleit bovendien voor de verhoging van GAS-boetes. “De maximum GAS-boetes wil ik van 350 euro naar 500 euro trekken. Omdat dit een bevoegdheid is van mijn federale collega heb ik haar al gevraagd dit zo snel als mogelijk te doen”, aldus Demir.

“De vaststelling is echter ook dat een 100-tal gemeenten in Vlaanderen zwerfvuil amper tot niet handhaven, en het soms zelfs niet in hun politie- of GAS-reglement hebben opgenomen. Ik roep hen daartoe op, maar steden en gemeenten die zwerfvuil en sluikstort niet als handhavingsprioriteit willen zien, zullen in de toekomst niet meer in aanmerking komen voor de projectsubsidies van Mooimakers”, zegt Demir, die aan de subsidievoorwaarden gaat sleutelen.

2. Producenten worden voor verantwoordelijkheid gesteld. Vervroegde tussentijdse evaluatie verpakkingsplan, stok achter de deur wordt voorbereid.

Demir roept met de OVAM begin 2021 de producenten samen en verwacht van hen bijkomende initiatieven. Het Vlaamse regeerakkoord spreekt van de invoering van statiegeld na 2023 wanneer de zwerfvuildoelstellingen voor 2022 niet significant gehaald worden. Het moment van evaluatie is in het regeerakkoord voorzien voor eind 2023, maar de kondigt aan het verpakkingsplan vroegtijdig, een jaar eerder dan voorzien, aan een tussentijdse evaluatie onderwerpen.

“Als de cijfers de slechte kant uit blijven gaan, kunnen we zo nog deze legislatuur nieuwe maatregelen nemen en die integreren in een nieuwe erkenning van Fost Plus, een nieuw uitvoeringsplan huishoudelijk afval en doorrekening van de zwerfvuilkost”, zegt Demir, die het probleem deze bestuursperiode wil beslechten.

De evaluatie baseren we op cijfers van netheidsindex, hoeveelheid zwerfvuil en recyclagepercentage.

Demir wil ook alles in gereedheid te brengen om nog deze bestuursperiode statiegeld in te kunnen voeren, mocht dit nodig zijn. Een invoering van statiegeld zou een zware impact hebben op Fostplus en op de investeringen die zijn gebeurd voor sorteren van pmd. Dit moet met hen tijdig voorbereid worden. “We houden ons dus aan de afspraken van het verpakkingsplan en regeerakkoord, maar gaan niet nodeloos wachten met een krachtig beleid als we zien dat het onvoldoende snel de juiste kant opgaat”, aldus Demir.

3. Zwerfvuilkosten voor alle fracties doorrekenen aan de producenten

Voor sigarettenpeuken, kauwgom, snoepwikkels,… zullen maatregelen als statiegeld nooit een oplossing zijn. Daarom zullen we de zwerfvuilkosten ook doorrekenen aan de producenten voor deze afvalstromen.

Het materialendecreet verankert het principe dat de producenten de zwerfvuilkosten op zich nemen van die producten die een belangrijke milieu-impact hebben in het zwerfvuil. De Europese SUP-richtlijn legt de inning van de zwerfvuilkosten op vanaf 2023. De zwerfvuilfactuur ligt rond de 150 à 160 miljoen euro.

“Het grootste deel daarvan moet ten laste komen van de producenten. De Vlaamse regering zal dit decreet de komende weken definitief goedkeuren. Dit zal lokale besturen meer financiële ademruimte geven, onder meer om in te zetten op handhaving. Producenten krijgen een extra stimulans om preventiemaatregelen te nemen. Voor burgers is dit geen meerkost, aangezien zij de zwerfvuilfactuur nu betalen via hun belastingen”, aldus Demir.

4. Samen met de federale regering bijkomende maatregelen nemen

Demir neemt het initiatief om samen met de federale overheid zwerfvuil te bestrijden, gezien enkele bevoegdheden ook federaal liggen. Europa vraagt aan België een nieuwe bijdrage voor niet gerecycleerde afvalstoffen. De federale overheid kan de kosten van deze bijdrage doorrekenen naar zwerfvuilgevoelige of niet recycleerbare producten (zoals heffing op wegwerpbekers en op eenmalige voedselverpakkingen zoals pastabekers, hamburgerdoosjes bestemd voor consumptie in openbare ruimte). Op die manier wordt de verkoop van herbruikbare of meer circulaire alternatieven bevorderd. Demir gaat daarover het gesprek aan.

Onderwerpen