Niet klaar met racisme?

Door Zuhal Demir op 23 oktober 2014, over deze onderwerpen: Diversiteit, Gelijke kansen, Inburgering, Migratie

‘We zijn niet klaar met racisme’, zegt Bruno Tobback in een sneer aan Bart De Wever, alsof die ooit zou beweerd hebben dat het anders is. Tobback illustreert dat onder meer met het stuitende verhaal van het Congolees koppel dat omwille van de huidskleur werd geschoffeerd door een treinconductrice. Gelukkig zijn dit soort verhalen niet representatief voor onze samenleving. Niettemin: elk van dergelijke gevallen is er te veel aan en ook hier past een politiek van zero tolerance.

Geert Bourgeois formuleerde het onlangs anders en intelligenter want breder dan Tobback: "discriminatie is een probleem en verwerpelijk". Discriminatie bestaat niet alleen onder de vorm die met de term ‘racisme’ wordt bedoeld. Leeftijd, geslacht, gezondheid, diploma, inkomen, geaardheid,… het kunnen stuk voor stuk ongerechtvaardigde hinderpalen zijn.

Handelen op basis van brute vooroordelen kwetst niet alleen mensen, het ontneemt hen ook kansen. Een huurder vertelde me onlangs dat hij toch af en toe ondervond dat zijn naam (Ahmed) volstond om afgewezen te worden door huiseigenaren. Hij bleef er filosofisch bij en vulde aan: "die neiging bestaat in onze gemeenschap trouwens ook". Een kennis veranderde zowaar zijn voornaam om sneller aan de bak te komen op de arbeidsmarkt. Het bleek nog te helpen ook. Deze en andere voorbeelden geven uiteraard een uitermate slechte smaak in de mond. En wat erger is: ze komen spijtig genoeg meer voor dan het brutaal racistisch affronteren van Congolese koppels.

De monitoring van de Federale Overheidsdienst ‘Werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg’, waaruit Tobback citeert, schrijft daar anderzijds in verband met de arbeidsmarkt over: 'Indicaties dat de discriminatie, die er zeker is, zoals onder andere het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en Racismebestrijding reeds aantoonde, in België groter zou zijn dan in andere EU-landen zijn er echter niet'. De indruk wordt graag gewekt dat wij terzake op de onderste trede van de trap staan.

Toch is het goed wat dieper op het probleem in te gaan dan te blijven hangen bij het obligate vermanende vingertje naar de ‘racistische Vlamingen’. Een kleine minderheid handelt inderdaad uit platvloers racisme. Maar waarom hanteren ook anderen wel eens de klassieke vooroordelen, die tot discriminatie leiden?

Waarom worden mensen niet alleen door harde racisten beoordeeld als deel van 'hun' groep, waaraan dan collectieve kenmerken worden toegewezen? Omgaan met 'anders zijn' is doorheen de hele geschiedenis van de mensheid een probleem geweest. Wat vreemd is, schrikt af en zorgt voor een onveiligheidsgevoel: mensen hebben de indruk de greep op de omgeving te verliezen en gaan vervolgens in verdedigingsmodus.

De meerderheid van de nieuwe Vlamingen valt niets te verwijten maar een kleine groep verpest het wel voor hen door de clichés te bevestigen. Dat is een beetje zoals met de Vlaamse Beweging: die kampt bij velen met een onterecht negatief imago dat echter steunt op het bekrompen extremisme van een kleine minderheid.

Het gedrag van die minderheid mag niet verbloemd worden. Negatieve en ongepaste straat-, school- of arbeidsattitude bij de ene Mohammed verpest het grondig voor de andere Mohammed, hoe onrechtvaardig dat ook is. Die eerste Mohammed ontneemt de tweede Mohammed wellicht meer kansen dan een verzuurde racist dat doet.

De massale collectieve regularisaties van vroegere paarse regeringen hebben de kansen op snelle integratie ook ernstig bemoeilijkt, zowel om kwantitatieve als kwalitatieve redenen. De realiteit dat vandaag 10 procent van de grootstedelijke bevolking analfabeet is, verklaart uiteraard voor een belangrijk deel de slechte tewerkstellingskansen. De lage deelname van vrouwen aan de economische leven buitenshuis om culturele redenen, plaatst hen in een kwetsbare positie en zorgt mee voor de onthutsende statistieken.

In de reeks 'Verborgen stad' in De Standaard lazen we gisteren: 'De jongeren die pas zijn aangekomen willen slagen. Ze weten vanwaar ze komen en dat ze hier alle kansen moeten grijpen die ze krijgen. Maar bij de tweede en de derde generatie valt die vergelijking weg en merk ik veel onverschilligheid'. De getuigenis komt van Abderhaman, een opvoeder. 'Een diploma vinden ze overbodig. Het is moeilijk om hen daarin tegen te spreken omdat die visie heel diep in de wijken is doorgedrongen.' De vele opiniestukken die inzoomen op de kansen die allochtone jongeren missen en zwijgen over de vele kansen die ze krijgen, zorgen mee voor het verpesten van de schoolmentaliteit van vele van diezelfde jongeren.

Iedereen heeft bij deze problematiek een rol te spelen. Jawel, ook de allochtone jongeren die zich vandaag kansloos achten en hun ouders. Gisteren sprak ik met een jonge, zelfbewuste en succesrijke Koerdische vrouw. 'De beste beslissing die mijn vader ooit nam, was wegtrekken uit het ghetto en verhuizen naar de buitenrand.' Zij en haar zus spelen vandaag volop mee in onze samenleving en omarmen die ook.

In hetzelfde artikel in De Standaard komt Bihiamina aan het woord, een moeder van zes kinderen die 'zijn kunnen worden wat ze wilden'. Haar analyse: 'Dat zou nooit gelukt zijn, mochten ze met een been in Marokko en een been in België hebben gestaan. Kinderen die hier les volgen, vrienden en een sociaal leven hebben, moet je hier hun thuis laten uitbouwen'. Met beide benen in deze samenleving willen staan, dat is inderdaad het begin van elke oplossing.

Zelfzeker optreden en racisten niet meer belang geven dan ze verdienen, is een andere techniek die we als nieuwe Vlamingen beter moeten leren hanteren. De meerderheid van de Vlamingen staat open voor iedereen die volop wil meespelen. Wie de racisten die daar problemen mee hebben op een waardige manier negeert, overwint de bekrompenheid en oogst respect bij de meeste medemensen.

Aan politici de opdracht eindelijk werk te maken van een aangepaste arbeidsmarkt. Nog eens citeren uit de genoemde Monitoring: "de hoofdremedie moet komen van een betere werking van de Belgische arbeidsmarkt. Een arbeidsmarkt die moeilijk toegankelijk is, met een beperkte professionele mobiliteit, waardoor outsiders niet aan de bak komen of zich tevreden moeten stellen met onstabiele en minder goed betaalde tijdelijke of kleine jobs. Hieraan verhelpen zal niet enkel werknemers van vreemde afkomst ten goede komen, maar alle groepen die het momenteel moeilijk hebben een job te vinden en te houden, zoals ook de 50-plussers, de mindergeschoolden, …".

Daar wil deze regering werk van maken en dat is niets te vroeg.

Oh ja, ook de werkgevers kunnen maar best hun verantwoordelijkheid nemen. Als ze dwingende overheidsverplichtingen willen vermijden dan moeten ze met wat meer daadkracht spontaan werk maken van een correcte recrutering van personeel op vlak van diversiteit. Dat is niet alleen, maar ook vanuit economisch oogpunt gewoon het verstandigste.

En daarmee heeft iedereen huiswerk want het gaat allemaal dieper dan het anti-racismediscours wil laten geloven.

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is